In januari deed je/deden jullie auditie. Wat trok je aan in Vrienden van het Lied om je aan te melden voor de auditie?
Kelly: ‘Simpel! Het delen van mijn liefde voor taal en poëzie. Ik ben niet in een hokje te plaatsen en het publiek zal mij vooral kennen van opera, (muziek)theater en cross-over werk. Goede teksten die dan goede gedachtes, gedichten of personages vormen zijn de drijfveer in alles wat ik doe. Na mijn masteropleidingen klassieke zang in België, daarna klassiek muziektheater in Nederland heb ik ook nog een masterdiploma in kamermuziek gehaald. Een specialisatie in liedkunst. Ik had die opleiding toen nodig om de “grootsheid” van opera – grote emoties, grote orkesten, grote decors, enz. – terug in balans te brengen bij mezelf. Liedkunst is door zijn poëzie voor mij de ideale weg om in een razend tempo zeer dicht bij de kwetsbare ziel van mezelf te komen. Ik ging er dus vanuit om bij Vrienden van het Lied velen van die mooie kwetsbare zielen tegen te komen. Ik kan je vertellen; dat is gelukt!’
Hoe hebben jullie je voorbereid op de auditie?
Marie: ‘We hadden enkele weken van tevoren repetities ingepland, zodat we de muziek ons helemaal eigen konden maken. Wat voor ons zo fijn is aan samenwerken is dat we een supergoede klik hebben, niet alleen als muzikanten maar ook als mensen. Die fijne werksfeer zorgde ervoor dat we vol vertrouwen en enthousiasme naar de auditie konden gaan.’
Kelly: ‘Tijdens mijn opleiding leerde ik om programma’s te laten rijpen en zo voldoende tijd te nemen. Ik moet eerlijk toegeven dat Marie en ik een heel andere aanpak hebben. De belangrijkste vraag die we elkaar met regelmaat stellen is “Hoe gaat het?” en daarmee bedoelen we dan ook: “Hoe gaat het écht”. Een belangrijke vraag voor mij omdat kamermuziek tussen Marie en mij begint in de omgang met elkaar. Ik luister graag écht naar wat Marie te vertellen heeft. Op het moment dat we muziek maken doen we eigenlijk hetzelfde als in onze gesprekken. We zijn niet het duo dat repeteert door steeds opnieuw te herhalen maar we trainen onszelf op het luisteren naar elkaar.’
Van wat voor soort muziek gaat jullie hart sneller kloppen? Wie/wat is/was jouw inspiratiebron?
Kelly: ‘Ik hou ervan dat wanneer muziek op een podium live gespeeld wordt het een “reden van bestaan” heeft. Wanneer ik vanuit het publiek heel goed voel dat de uitvoerder voor zichzelf een antwoord heeft gevonden op de vraag “waarom speel/zing ik deze muziek nu eigenlijk?”, dan kan ik veel maken. Ik ben enorme fan van Joni Mitchell, Nina Simone en Jacques Brel. Bij hen voel ik de noodzaak van vertellen tijdens het zingen van het lied.’
Op welk moment werd je gegrepen door het lied?Marie: ‘Voor mij was dat echt vanaf het moment dat ik de stem van Kelly hoorde. Kelly heeft mij geïnspireerd om me als pianiste meer te gaan verdiepen in het repertoire van lied.’
Kelly: ‘Ik heb even in Amsterdam gewoond en tijdens een wandeling belande ik alleen in een klein cafeetje in de Jordaan. Er stond een groepje mensen mee te neuriën met de radio. Een liedje van Bob Dylan. Je zou denken, het heeft toch niets te maken met klassieke muziek? Maar ik zag voor het eerst heel duidelijk wat één liedje kan doen. Iedereen begreep de boodschap en het gevoel van het nummer en dat zorgde voor verbinding. Dat wou ik ook bereiken bij het zingen van klassiek lied. Bij het horen van sopraan Felicity Lott – die later ook mijn docente werd – voelde ik voor het eerste diezelfde verbinding.’
Hoe ligt voor jullie de verhouding tussen ‘prima la parole’ of ‘prima la musica’?
Kelly: ‘De vraag stelt het mooi: “verhouding”. Bij een goed lied “houden” tekst en muziek van elkaar.’
Welk gedicht zou voor jou nog eens getoonzet mogen worden en waarom?
Marie: ‘Voor mij zouden dat de sonnetten van Fernando Pessoa zijn. Zijn diepe melancholie, die weemoedige schoonheid, schreeuwt erom om door muziek tot leven gewekt te worden. Ik kan me helemaal voorstellen dat de delicate klanken van de piano de subtiliteit van Pessoa’s gedachten vangen, terwijl iedere gezongen noot de mystiek en complexiteit van het innerlijke leven versterkt via de stem.’
Kelly: ‘Mijn lievelingsgedicht is al jaren We zagen hondjes spelen op het gras van Rutger Kopland. Het is een gedicht dat voor mij de essentie van het leven aantikt met voor iedereen heel verstaanbare woorden zoals muziek dat ook kan. Mocht er een componist zich geroepen voelen om met deze tekst aan de slag te gaan. Geef me een seintje!’
Spelen zenuwen een rol in je leven als musicus?
Marie: ‘Zenuwen spelen natuurlijk altijd een rol in het leven van een actieve musicus. Maar als kamermuziekduo merken we wel dat die spanning juist minder overheerst, omdat we echt op elkaar kunnen bouwen. Het is alsof we een vangnet voor elkaar zijn. Als een van ons de zenuwen voelt opkomen, dan kunnen we op dat moment even terugvallen op de ander. Dat geeft een enorme kracht en rust, waardoor die spanning juist kan omgezet worden in iets positiefs. We voelen elkaar op een natuurlijke manier aan. Stress of zenuwen geven dan een extra laag aan het excitement en onze concentratie, wat ons spel sterker maakt. We voelen ons echt gedragen door elkaar.’
Hoe zien de laatste twee uur eruit voor een recital/optreden?
Marie: ‘De laatste twee uur voor een recital zijn echt een combinatie van focus en rust, maar die voorbereiding ziet er voor ons allebei net iets anders uit. Voor Kelly, als zangeres, is het heel belangrijk om haar stem rustig en beheerst op te warmen, zonder te veel te forceren. Ze wil die balans vinden tussen goed voorbereid zijn en haar stem sparen, zodat ze op het podium het beste van zichzelf kan geven. Voor mij, als pianiste, draait het juist om beweging en actie. IK wil mijn vingers en hoofd helemaal scherp hebben voor het optreden en blijf meestal tot de laatste minuut aan de piano om mijn vingers warm te houden en muzikaal te aarden. We helpen elkaar waar het nodig is – soms een geruststellend woord of een praktische handeling – precies zoals we dat ook doen tijdens het musiceren samen als liedduo. Het is een perfecte balans tussen individuele voorbereiding en gezamenlijk vertrouwen.’
Kelly: ‘Ik zwijg meestal voor een concert en probeer mijn lichaam en geest zoveel mogelijk open te zetten voor de muziek. Dat doe ik het liefste alleen in stilte. Ik gebruik de tijd voor een recital altijd om even “publiek” te spelen van mezelf. Je vindt me dus meestal heel stil op één van de stoelen waar het publiek komt zitten. Nadat ik enkele gedichten opnieuw heb gelezen, let ik dan op of de stoelen lekker zitten, of er geen gekke geuren aanwezig zijn of het niet te warm of koud is, enzovoort. Ik hecht enorm veel waarde aan het comfort van de luisteraar omdat ik het vreselijk zou vinden mocht mijn publiek door externe factoren afgeleid geraken. Tegelijk luister ik naar Marie die vaak aan de piano blijft zitten hoe het geluid klinkt in de zaal.’
Na afloop van een recital gaat het publiek weer naar huis, wat hopen jullie dat ze ‘meenemen’?
Marie: ‘Wat we hopen, is dat het publiek naar huis gaat met een gevoel van verbinding. Niet alleen met de muziek, maar ook met ons als uitvoerenden. Voor ons draait het niet alleen om de noten, maar vooral om het overbrengen van emotie. We willen dat ze geraakt worden, dat ze de energie en de passie die wij in de muziek stoppen voelen en meenemen. Het is prachtig om tijdens een recital die wisselwerking te ervaren, waarbij wij de energie van het publiek oppikken en omzetten in ons samenspel. Na het optreden vinden we het altijd fijn om in gesprek te gaan met het publiek. We houden ervan om onze passie niet alleen muzikaal, maar ook verbaal te delen. We zijn enthousiaste en open muzikanten, die graag de diepte van de muziek verder bespreken, vragen beantwoorden en gewoon die persoonlijke connectie maken. Dat menselijke contact na het spelen is erg belangrijk. We hopen dat ze naar huis gaan met een warm gevoel, vol inspiratie, en misschien zelfs een nieuw perspectief op de muziek die ze hebben gehoord.’
Kelly: ‘Wanneer mensen na een concert naar me toe komen en plots iets persoonlijks van zichzelf met me durven delen dan heb ik het gevoel “ik heb de job goed gedaan”, want mensen voelen zich veilig genoeg om te komen verbinden.’
Met welke al overleden componist zouden jullie nog eens na willen babbelen en waarover?
Kelly: ‘Met Stephen Sondheim. Zijn carrière begon als tekstschrijver van West Side Story. Later ging hij ook zelf componeren en ik zou het zo graag hebben over zijn ingrijpende lyriek. Hij was een meester in het schrijven van teksten die de emoties van de personages op een scherpe, genuanceerde manier overbrachten. Vaak introspectief spelend met taal en ritme. In 2021 stierf hij en kwam Broadway op straat met mijn lievelingslied Sunday uit Sunday in the park with George. Ik zou hem graag willen vertellen dat het prachtig was.
Wat heeft Vrienden van het Lied jonge musici zoals jijzelf/jullie te bieden?
Kelly: ‘Verbinding: met elkaar, met anderen en met ons publiek.’
Kelly en Marie voeren hun programma Meine Rose binnenkort uit in de regio Twente:
Cookie | Duur | Beschrijving |
---|---|---|
cookielawinfo-checkbox-analytics | 11 months | This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Analytics". |
cookielawinfo-checkbox-functional | 11 months | The cookie is set by GDPR cookie consent to record the user consent for the cookies in the category "Functional". |
cookielawinfo-checkbox-necessary | 11 months | This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookies is used to store the user consent for the cookies in the category "Necessary". |
cookielawinfo-checkbox-others | 11 months | This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Other. |
cookielawinfo-checkbox-performance | 11 months | This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Performance". |
viewed_cookie_policy | 11 months | The cookie is set by the GDPR Cookie Consent plugin and is used to store whether or not user has consented to the use of cookies. It does not store any personal data. |