Lezing over ‘Wanderers Nachtlied’

In het festivalprogramma aangekondigd als een ‘bevlogen liedspecialist’ analyseerde musicoloog Dinant Krouwel tekst en muziek van Schuberts Wanderers Nachtlied. Voor een breder perspectief behandelde hij ook de zetting van Charles Ives. De heldere analyse verdiepte de beleving van de luisteraars en werd bijzonder gewaardeerd, vertelt lid van de vereniging Ria Frowijn.
foto: Boasphoto.nl / Mel Boas

Goethe schreef het gedicht op 6 september 1780 op de wand van een houten jachthut op de Kickelhahn bij Ilmenau. Hij was toen al een gevierd schrijver sinds zijn kassucces zes jaar eerder met Die Leiden des jungen Werthers . Het wereldberoemde gedicht Wanderers Nachtlied is kort, pakkend en inspireerde veel componisten, zoals Schubert, Loewe, Schumann, Liszt, Reger, Diepenbrock en Ives. Het gedicht bestaat uit slechts acht regels, begint met de hemel boven de bergtoppen en gaat via de beleving van de directe omgeving naar het innerlijk van de mens en de eeuwige rust.
 
Dinant liet aan de vleugel horen hoe Schubert met ritme en chromatiek de dood oproept en de dreiging laat horen. Hij wees ook op het gekwinkeleer van de vogels, dat staat voor de herinnering aan het voorbije leven. Bijzonder was zijn uitleg over de tekstherhaling van Schubert, waardoor eerst de nadruk ligt op de sterfelijkheid en daarna op de acceptatie hiervan.
 
Ives noemde zijn zetting Ilmenau, waardoor er geen sprake is van een wanderer noch van een nachtlied. Door het wiegende ritme en het dromerige einde legt Ives de nadruk op ‘ruhest’. Zijn lied ademt de sfeer van een negrospiritual en is meer een mijmering.
 
Met de bladmuziek erbij en twee mooie opnames werd het publiek geboeid en meegenomen naar meer begrip voor tekst en muziek. De heldere analyse verdiepte de beleving van de luisteraars en werd bijzonder gewaardeerd.
 
Ria Frowijn
lid afdeling Utrecht